Een schild van azuur (blauw) bezaaid met gouden blokjes met een staande leeuw van goud. De leeuw stamt van het huis van Nassau.
In de rechter voorklauw dragende, een ontbloot Romeins zwaard van zilver en een gouden gewest, beschermende kracht.
In de linker voorklauw draagd het zeven pijlen van zilver met punten van goud gebonden met een gouden lint. De zeven gewesten van de republiek 1588 – 1795.
De koningskroon van de leeuw, is vervangen door de vorstenkroon. Het symbool voor de vorst en de vorstin.
De schilddragende leeuwen zijn nu afgebeeld zonder de koningskroon en met het hoofd afgewend naar het schild, geheel van goud.
Alle leeuwen zijn getongd en genageld in keel (rood). Krachtig en niet bevreesd.
Het schild is bedekt met een koningskroon. Het koninkrijk Nederland.
De kreet op het lint van azuur geschreven met Romeinse letters in goud, Je Maintiendrai, stamt van het huis van Oranje.
In de
heraldiek spreekt men van
natuurlijke kleuren wanneer in een wapencompositie een wapenfiguur wordt afgebeeld in de kleuren die die figuur in de natuur ook heeft. Vóór 1907 werden de twee
schildhouders, de leeuwen in het Nederlandse
rijkswapen in hun natuurlijke kleuren afgebeeld. Na 1907 waren de leeuwen "or", dus van goud. De
wildemannen, populaire schilddragers, worden altijd in hun natuurlijke kleuren afgebeeld. Leeuwen kunnen in de heraldiek vrijwel elke denkbare kleuren hebben, soms zijn ze sinopel (groen), keel (rood), argent (zilver) of sabel (zwart). Ook op het
schild kan een figuur in de natuurlijke kleuren worden afgebeeld.